Voor ons was het alleen een beetje lastig, ongemakkelijk en spannend, maar voor veel Japanners was de tyfoon Hagibis die op 12 oktober over het Japanse eiland Honshu raasde een ramp. Er vielen meer dan zeventig doden en het regenrecord van 2011 werd gebroken.

We waren naar Fuji gereisd om de beroemde berg te bekijken en die was natuurlijk totaal niet te zien in de storm. In het hotel werden we welkom geheten door een robot die echter uitsluitend Japans sprak en verstond. Het kwam er op neer dat schoenen al uit moesten in de lobby.
Die dag verschansten we ons in de (typhoon proof) hotelkamer en keken vooral naar de verslaglegging op TV.

Op de dag na Hagibis leek op het eerste gezicht alsof er niets gebeurd was, en begon met een prachtige, warme, kraakheldere, onbewolkte ochtend. Mount Fuji was duidelijk te zien. Na tyfoon komt zonneschijn.

Na het ontbijt liepen we met bagage naar het station, maar in verband met de nasleep van Hagibis reed daar niets; in elk geval tot de middag. Dus stopten we de rugzakken in een bagage kluis en gingen aan de wandel; richting zee, langs een snelstromende rivier met bruin water, even rondhangen en weer terug, want we zagen in de verte Shinkansen treinen rijden. Maar we wisten toen nog niet dat landinwaarts erg veel schade was en dat reizen naar het binnenland per trein op dat moment onmogelijk was.